‘Ik heb geen lift nodig, maar munitie.’ Met deze woorden reageerde de Oekraïense president Zelensky op het Amerikaanse voorstel om hem te evacueren, twee dagen nadat de Russische troepen zijn land waren binnengevallen. Zelensky was duidelijk over wat hij wilde. Hij wilde de strijd aangaan en was niet bereid zich over te geven. Bovendien wilde hij die strijd persoonlijk en ter plaatse leiden, niet op afstand. Maar zijn uitspraak was ook een sterk symbolisch signaal. Zijn keuze om te blijven was vooral een daad van onverzettelijkheid, moed en vastberadenheid. En daarmee een bron van inspiratie voor de Oekraïense strijdkrachten en burgers in het verzet. Zo toonde Zelensky zich een sterk leider.
Op dit moment duurt de oorlog in Oekraïne alweer ruim een jaar. Vanuit menselijk perspectief kent het conflict alleen maar verliezers. Natuurlijk wordt ook vanuit professioneel perspectief naar het conflict gekeken. Bijvoorbeeld door wetenschappers, denktanks en militaire organisaties. Een van de aspecten die opvalt, is leiderschap. De Amerikaanse legercommandant, generaal Mark Milley, zei onlangs dat het verschil in leiderschap tussen het Russische en het Oekraïense leger de doorslaggevende factor is voor het verloop van de oorlog. Hiermee doelde hij op de tegenvallende Russische leiding en dito resultaten en de positieve Oekraïense voorbeelden, van de top tot op laagste niveau in het veld.
Ik heb geen lift nodig, maar munitie
Ik wil een aantal voorbeelden van leiderschap van beide partijen geven. Ik besef dat leiderschap in een oorlogsgebied niet één op één te vergelijken is met leiderschap in een gemeente. Toch denk ik dat je ook lessen kunt trekken als leidinggevende in de kerk. Centraal staat leiderschapscultuur. In hoeverre is er sprake van een gevoel van veiligheid en vertrouwen? Die zijn volgens mij in een gezonde leiderschapscultuur onmisbaar. Dat zorgt voor een sfeer waarin mensen geen rem voelen om het beste van zichzelf te geven en zo tot de beste resultaten te komen.
Les 1: Leid tussen je mensen in plaats vanaf de top
Wat opvalt aan de Russische leiderschapscultuur is dat zij zeer hiërarchisch, top-down en centraal georganiseerd is. Dat betekent dat leiders vooral boven hun mensen staan, en dat volgers maar hebben te gehoorzamen. Je ziet dat goed in de beelden waarin de Russische president Poetin wordt gebriefd door zijn generaals; een enorm lange tafel met Poetin aan het hoofd en ver naar achteren zijn mensen. Dit is al vanaf de tijd van de Sovjet-Unie tekenend voor de Russische leiderschapscultuur, die gekenmerkt wordt door angst. Dat werkt tot op de laagste niveaus door in de militaire organisatie. Er zijn veel voorbeelden van gevechten waarbij lagere Russische commandanten hun eenheden naar voren sturen, zonder zelf voorop of überhaupt mee voorwaarts te gaan.
In Oekraïne, dat ook deel was van de Sovjet-Unie, gaat dat inmiddels anders. Na de Russische inval van de Krim in 2014 heeft het leger, onder aanvoering van legerleider generaal Valeriy Zaluzhny, een grote cultuurverandering in gang gezet. Met steun van met name de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk is een leiderschapsprogramma opgezet, waarbij verantwoordelijkheid, autoriteit en besluitvorming zo laag mogelijk in de organisatie zijn belegd. Door de diep ingesleten Sovjetcultuur is die manier van leiderschap voor Oekraïense militairen niet vanzelfsprekend en vraagt continue aandacht. Dat ervaren ook de Nederlandse militairen die momenteel in Groot-Brittannië een bijdrage leveren aan het opleiden en trainen van Oekraïense rekruten. Inmiddels kent Oekraïne een onderofficierskorps dat lijkt op dat van het westen. Hierbij werken jonge leiders als meewerkend voorman, als aanvoerder, in plaats van als leider op afstand. Dit schept vertrouwen in de leiding en in de opdrachten die zij geven. Maar het biedt jonge leiders ook de mogelijkheid om eigen initiatief te tonen en snel aan te passen als dat nodig is. Het is interessant om dat toe te passen op een kerkelijke gemeente. In hoeverre is de organisatie in jouw kerk erop gericht om vooral de laagste niveaus te laten bloeien en floreren? En wordt dat ook zo gevoeld?
Het geven van ruimte aan de werkvloer levert resultaat op. Je kunt dat in Oekraïne op het gevechtsveld terugzien. Aan de ene kant zijn er voorbeelden van Russische eenheden die ondanks de vele verliezen frontaal bleven aanvallen. Simpelweg omdat dat nu eenmaal de opdracht was. Aan de andere kant zie je Oekraïners met kleine, zelfstandige teams effectief optreden. Hierbij wordt creatief en handig gebruik gemaakt van goedkope technologie, zoals drones. Wil je het werk van de werkers in de kerk laten bloeien, dan zul je ze ook daarvoor de ruimte moeten geven. Geen kerkenraad die commissiewerk doet.
Les 2: Leid vanuit de missie in plaats van de taak
De eerste dagen van de oorlog waren vrijwel alle analisten het erover eens: het Russische leger, met al haar tanks, artillerie en manschappen, zou Oekraïne snel verslaan. Toch kwam de Russische oorlogsmachine al snel tot stilstand. In eerste instantie ten noorden van Kiev. En in een volgende fase in het oosten en zuiden van het land. In de westerse wereld was er verbazing over de Oekraïense verbetenheid, maar ook over de snelheid en flexibiliteit waarmee het land de Russen geducht tegenstand bood. Een belangrijke oorzaak van het Oekraïense succes was het leiden vanuit de missie en niet vanuit de taak. Dit betekent dat een commandant een opdracht geeft, maar dat de uitvoering binnen een aantal kaders door het onderliggende niveau zelf mag worden bepaald. President Zelensky is hier zelf een voorbeeld van. Hij bemoeit zich amper met de inhoudelijke strategie van het leger. Ditzelfde zie je ook op het laagste niveau, mede als gevolg van de eerdergenoemde verandering in leiderschapscultuur.
Als commandant geef je richting, en vervolgens geef je vertrouwen
Deze manier van leiden vanuit de missie wordt in het leger ook wel mission command genoemd: opdrachtgerichte commandovoering. Dat gaat uit van vertrouwen dat het niveau dat de opdracht moet uitvoeren, het beste kan bepalen hoe dat te doen. Ik ben zelf groot voorstander van deze manier van leidinggeven. Als commandant geef je richting, en vervolgens geef je vertrouwen. Dat is overigens niet altijd gemakkelijk. Ook niet binnen het Nederlandse leger, waar ‘vertrouwen is goed, controle is beter’, nog steeds een veelgehoord credo is. En voelt het als leidinggevende, of je nu militair commandant of kerkelijk werker bent, niet veel veiliger om de touwtjes stevig in handen te houden en erop toe te zien dat het werk wordt uitgevoerd zoals jij dat graag ziet? Want wat als het misgaat…? Volgens mij is controle vooral een manier om je eigen angstgevoelens te bestrijden en niet om het beste uit de missie te halen. Micromanagement, regelzucht en controle zorgt ervoor dat je mensen vooral door jouw ‘hoepel’ gaan springen in plaats van op hun manier het beste uit de missie halen. Het leidt ertoe dat als er geen opdracht is, er ook geen initiatief wordt genomen. Waar je jouw mensen regels oplegt, ontneem je hen verantwoordelijkheid. En juist dat gevoel van verantwoordelijkheid en eigenaarschap tot op de laagste niveaus heeft het Oekraïense leger veel succes opgeleverd. Wees in de kerk duidelijk over de missie, net als Jezus. Maar gun ieder de verantwoordelijkheid om die missie naar beste inzicht uit te voeren.
Les 3: Geef om je mensen
Beelden van President Zelensky die de burgers en militairen bezoekt en bemoedigt in de frontsteden Bachmoet en Cherson, vormen een groot contrast met de berichten over Russische oorlogsmisdaden en over hun slecht uitgeruste militairen die naar het front worden gestuurd. Laat duidelijk zijn dat bij beide partijen de propagandamachine overuren draait. Maar het staat vast dat in de Russische militaire cultuur de waarde van een mensenleven anders is dan in Oekraïne of het westen. Er zijn voorbeelden bekend waar gemobiliseerde Russische soldaten naar voren werden gestuurd om Oekraïens vuur uit te lokken, zodat de Russen hun artillerievuur daarop konden richten. Dat gaat gepaard met veel slachtoffers onder de Russische rekruten.
Het is ook in het Nederlandse leger een goed beginsel dat de opdracht vooropgaat. Maar dit gaat hand in hand met goede zorg voor je mensen. ‘Leiders eten als laatste’ is niet voor niets een veelgehoorde kreet en ook praktijk binnen de krijgsmacht. Het is misschien wat brutaal om de zorg voor de mens juist in een blad voor kerkelijk werkers te propageren. Maar ik merk dat in het Nederlandse leger, waar het ook een vanzelfsprekendheid betreft, de praktijk toch niet altijd zowel om onze missie als om de liefde voor onze mensen gaat.
Leiders eten als laatste
Het lijkt zo logisch: zorg dat leiders tussen hun mensen leiden in plaats van erboven, laat leiders de missie vooropzetten en laat ze goed zorgen voor hun mensen. Dan ontstaat vanzelf die gezonde leiderschapscultuur. Toch zie je dat niet altijd gebeuren. Als ik voor ons leger spreek: daar zie je dat deze nobele doelstellingen van de missie en de zorg voor de mensen nogal eens moet concurreren met persoonlijke doelen van de leiders zelf. Zoals een hogere status, een betere functie of een volgende rang. Het zichtbare systeem van hiërarchie, rangen en onderscheidingen werkt dat ook in de hand. De ambities van zulke leiders hebben naar mijn idee ook te maken met angst. Je wilt niet onderdoen voor anderen. Je wilt niet falen. Je wilt schaamte voorkomen en je ego beschermen. Als militair weet je dat de fysieke angst in het gevecht nuttig is om je te helpen overleven. Maar je persoonlijke faalangst moet daar niet mee worden verward. Want een leiderschapscultuur die een organisatie doet overleven – of dat nu het Oekraïense of Nederlandse leger betreft, of een kerkgemeenschap – vraagt om leiders die niet naar handelen naar hun angst voor een gekwetst ego, die het hooguit met zelfcompassie bekijken. Zij moeten zich laten leiden door zowel hun missie als de liefde voor hun mensen. In de kerk gaan de missie en liefde voor de mens goed samen. Het is mooi te bedenken hoe je als leidinggevende binnen de kerk vorm kunt geven aan dat motto uit het leger: ‘leiders eten als laatste’.
Les 4: Toon fysieke en morele moed
Met zijn daad om in Kiev te blijven terwijl de Russen al in de buitenwijken vochten, toonde president Zelensky buitengewone moed. Het was fysieke moed, zoals dat genoemd wordt. Want met de Russische opmars richting Kiev, en de neervallende raketten op de hoofdstad, liep de president ook lichamelijk gevaar. Maar het was vooral een daad van morele moed. Hij bleef tussen zijn mensen. Hij gaf vertrouwen aan zijn legerleiding. Hij toonde bewogenheid met zijn bevolking. Je kunt ervan leren en je erdoor laten inspireren, of je nu militair leider bent, kerkelijk ambtsdrager of op een andere manier leiding geeft. Want juist in tijden van tegenspoed is het zo verleidelijk om je door angst te laten leiden, de touwtjes naar je toe te trekken en krampachtig te controleren. Tot op heden blijkt het Oekraïense leger in staat om daar niet aan toe te geven, met bewonderenswaardig resultaat. Jozua werd in Bijbelse tijd al op het hart gedrukt om moedig en sterk te zijn. Zo lang er omstandigheden zijn die angst kunnen inboezemen, is het nuttig om ook als werker in de kerk je niet te laten leiden door angst, maar je te laten inspireren door moed.
George Dimitriu is als officier van de Landmacht momenteel werkzaam bij Instituut Clingendael en lid van de Kruiskerk in Arnhem. Waar in de ik-vorm wordt gesproken zijn de woorden van hem. Hij schreef dit artikel samen met Peter Sinia, predikant van NGK de Proosdijkerk te Ede en redactielid van Dienst.